14. Tekenen met Photofiltre

Algemeen

Tekengereedschappen zijn alleen beschikbaar in de 16 miljoen kleuren modus (RGB of RGBA).
Ze tekenen op de actieve (geselecteerde) laag.
Die laag moet een afbeeldingslaag (bitmap) zijn.

1. Begin met het kiezen van een voorgrondkleur en eventueel achtergrondkleur.
2. Selecteer dan het gereedschap dat het best geschikt is voor uw doel.
   Penselen:voor gekleurde lijnen; Spuitbus: voor druppeltjes; Vulgereedschap: opvullen van een gesloten figuur.
   
3. Kies vervolgens de afmeting (straal, dikte...)
4. Kies tenslotte de gewenste opties (druk, stap, vervagen...)

• Als u een gebied heeft geselecteerd, kunt u alleen tekenen binnen de selectie.
  Dan kan soms heel handig zijn om te voorkomen dat u buiten het gebied komt dat u wilt bewerken.

• Bij het gebruik van tekengereedschappen als penseel, gum en spuitbus kunt u met een druk op de [spatiebalk] het verschuifgereedschap activeren. Zo kunt u de afbeelding verschuiven naar een (ander gebied dat u wilt bewerken. Als u de [spatiebalk] loslaat kunt u weer verder tekenen.
  

Het [Lijn]-gereedschap

• Trek een lijn door met de muis te slepen van het begin naar het eindpunt van de te trekken lijn.
  
• Laat dan de muisknop los.

U kunt de lijn tijdens het slepen annuleren door op de [Esc]-knop te drukken.

U kunt een pijl tekenen door vóór het slepen een vinkje te zetten voor (PhotoFiltre zet een pijl aan het einde van de lijn) of (PhotoFiltre zet een pijl aan het begin en het einde van de lijn).

• Houd tijdens het tekenen van de lijn de [Shift]-toets vast om de lijn precies verticaal, horizontaal of onder 45º te tekenen.

• Zet een vinkje voor [duotoon] voor een lijn of pijl met een dunne rand erom. De rand wordt in de voorgrondkleur gezet, de eigenlijke lijn (het gebied tussen de randen) in de achtergrondkleur.
  (Als u [duotoon] niet heeft aangevinkt wordt de lijn of pijl in de voorgrondkleur getekend, zonder rand.

De [Penseel] gereedschappen 

• Kies penseel, kleuren en opties en klik op de positie waar u met het tekenen wilt beginnen.
• Beweeg de muis met ingedrukte linker muisknop over het traject dat u wilt tekenen.
  Bij het lijn-gereedschap wordt een rechte lijn getekend tussen begin en eindpunt van het traject. Het penseel-gereedschap volgt het hele traject.
  

• Annuleren met een druk op de [Esc]-toets (zoals bij het lijn-gereedschap is niet mogelijk.
  U kunt hiervoor alleen de [ongedaan] knop op de werkbalk gebruiken.

• Houd tijdens het slepen de [Shift]-toets ingedrukt om de penseel precies horizontaal of verticaal te  bewegen. (Bewegen onder precies 45º zoals bij het lijn-gereedschap is niet mogelijk.)

• Door met de rechter muisknop te slepen (i.p.v. met de linkermuisknop) tekent u met de achtergronskleur in plaats van de voorgrondkleur.

Standaard penselen

De standaard penselen hebben eenvoudige vormen (cirkel, vierkant, diagonale lijn).
Er kunnen verschillende stijlen worden gebruikt:

de stijl [Couleur]     (Couleur = kleur; de stijlnamen zijn niet in het Nederlands vertaald)

Tekent lijnen uit de vrije hand met voorgrond- of achtergrondkleur (door te slepen met linker resp. rechter muisknop).
(Opmerking: de namen van de stijlen zijn Frans; ze zijn niet in het Nederlands vertaald).

Stijl [Arc-en-ciel]      (Arc-en-ciel = regenboog)

De kleur van de lijn verandert tijdens het tekenen van rood naar oranje, geel, groen, blauw, paars.

Stijl [Pastel]

Bootst het gebruik van pastelkrijt na. De lijn krijgt fijne 'gaatjes'.
Kan gebruikt worden met voorgrondkleur (slepen met linker muisknop) en achtergrondkleur (slepen met rechter muisknop).

Stijl [Fusain]             (Fusain is houtskool)

Bootst het gebruik van houtskool na.
Kan gebruikt worden met voorgrondkleur (slepen met linker muisknop) en achtergrondkleur (slepen met rechter muisknop).

Stijl [3D]

Creëert een soort 3-dimensionaal effect.
Kan gebruikt worden met voorgrondkleur (slepen met linker muisknop) en achtergrondkleur (slepen met rechter muisknop).

• Klik, terwijl u de [Shift]-toets ingedrukt houdt, achtereenvolgens op verschillende posities van de afbeelding om met de gekozen penseel rechte lijnen te trekken tussen de aangeklikte punten.

'Gepenseeld' met v.l.n.r. de stijlen [Couleur], [Arc-en-ciel], [Pastel], [3D]

Geavanceerde penselen

De geavanceerde penselen hebben heel verschillende vormen waarmee verrassende effekten kunnen worden bereikt.
De volgende opties zijn beschikbaar.

 

• De geavanceerde penselen gebruiken de stijl (Couleur, Arc-en-ciel, Pastel, Fusain, 3D) van de basis-penselen. Om een stijl te kiezen klikt u dus eerst op een basis-penseel klikken (welke doet er niet toe), daarna kiest u een stijl (Couleur,....3D) en daarna kiest u de geavanceerde penseel.

• Als de stijl [Arc-en-ciel] (regenboog) is geselecteerd, is de stapgrootte niet instelbaar. Die staat dan altijd op minimum.

Het [Spuitbus]-gereedschap

Met het gereedschap [Spuitbus] doet precies wat de naam zegt. U kunt hoermee grafiti maken.

• Klik op de spuitbus-knop en stel de opties in (druk, verstrooing, straal, eventueel een vinkje voor [Regenboog])
• Klik met de linkermuisknop op de positie waar u wilt beginnen met spuiten en sleep de muis dan langs het traject dat u wilt bespuiten.
• Opties
• Druk: stelt de dekking in
• Verstrooing geeft de afstand tussen de druppeltjes
  (schuif links: minimaal, de druppels overlappen elkaar; maximaal: de druppels zijn ver uit elkaar
• straal: geeft het gebied aan dat wordt bespoten als de spuitbus wordt stil gehouden.
  Bij bewegen is het de breedte van de bespoten strook.
• Als een vinkje voor [Regenboog] staat, verandert de kleur tijdens het spuiten van rood naar oranje, geel, groen, blauw, paars.

• Houd de [Shift]-knop vast tijdens het slepen om zuiver horizontaal of verticaal te bewegen.

• Door slepen met de rechter muisknop spuit u met de achtergrondkleur i.p.v. de voorgrondkleur.

• U kunt verschillende lagen over elkaar spuiten, eventueel in verschillende kleuren, simpelweg door verschillende keren op dezelfde plek te spuiten.

Het [Vul]-gereedschap

Het [Vul]-gereedschap wordt gebruikt om een aaneengesloten gebied met (ongeveer) dezelfde kleur op te vullen met een andere kleur. 

Klik met de linker muisknop op een plaats in het gebied dat u wilt opvullen. Dit gebied wordt wordt opgevuld met de voorgrondkleur.(Met de rechter muisknop vult u met de achtergrondkleur).

[Tolerantie]

De tolerantie bepaalt de grootte van het gebied: wordt alleen het gebied genomen met precies dezelfde kleur als de kleur waarop geklikt is, of worden ook kleuren die een beetje afwijken gevuld?
Een gedetailleerde uitleg vindt u in het artikel Wat is:  Tolerantie

[Dekking]

De dekking bepaalt hoe transparant de opvulkleur of het opvulpatroon is.

[Patroon]

Als u een vinkje voor [Patroon] zet kunt u een patroon kiezen, waarmee het gebied opgevuld wordt.

Het [Gum]-gereedschap

Het gum dient om delen van een afbeelding te wissen. De afmetingen zijn die van een standaard penseel.
De werking hangt af van wat er gegumd wordt:

• Gummen op de achtergrondlaag
• Als de achtergrondlaag geen transparante delen bevat,
  krijgt alles wat u daar gumt de achtergrondkleur uit het kleurpalet.
• Als de achtergrondlaag wel transparante delen bevat,
  wordt alles wat u daar gumt ransparant.
  
• Gummen op andere lagen
• Alles wat u op andere lagen gumt wordt transparant, zodat de onderliggende laag zichtbaar wordt.

Met de druk stelt u in hoe sterkt het gum werkt:

• Met de schuif helemaal naar rechts is de werking 100%: het gegumde krijgt helemaal de achtergrondkleur, dan wel wordt helemaal transparant.
• Met de schuif meer naar links krijgt het gegumde een min of meer doorzichtige  achtergrondkleur, dan wel een gedeeltelijke transparantie.

• Houd de [Shift]-toets ingedrukt tijdens het slepen om precies horizontaal of vertikaal te wissen.

• U kunt als volgt langs een pad tussen twee punten A en B wissen:
  - Klik op punt A (volgens de franstalige documentatie moet dit met de rechter muisknop maar met links werkt het ook)
  - Houd de [Shift]-toets ingedrukt terwijl u op punt B klikt.
  De lijn tussen A en B wordt gewist (met de breedte van de gum-instellingen).

• Het gum kan gebruikt worden om het transparante gebied van een GIF of PNG afbeelding uit te breiden.

• Als u vooraf een gebied selecteert, wordt alleen gekopieerd naar het geselecteerde deel van de afbeelding. Zo kunt u voorkomen dat uw kopieert naar ongewenste delen van de afbeelding
  

Het [Kopieer-stempel] gereedschap

Het kopieer-stempel is eigenlijk twee gereedschappen in één, afhankelijk of er al of niet een vinkje staat voor [patroon]:

• Kloon-stempel
  Zonder vinkje voor [patroon] is het een kloon-stempel.
  U kunt een deel van een afbeelding 'met penseelstreken' kopiëren (klonen) naar een ander deel van de afbeelding, of zelfs naar een andere laag of een andere afbeelding.
  
  
• Patroon-stempel
  Met vinkje voor [patroon] kunt u als het ware stempelen met een vooraf ingesteld patroon.

Het [Kloon-stempel]                          - geen vinkje voor [patroon])

Klik allereerst het stempel aan op het gereedschap palet. U kunt nu klonen of stempelen.
Het klonen bestaat vervolgens uit twee stappen (1) het monster nemen; en (2) kopiëren.

1. Monster nemen
   Houdt de [Ctrl]-toets ingedrukt. De cursor moet nu de vorm van een stempel aannemen.
   Klik (met nog steds de [Ctrl]-toets ingedrukt) op de plaats die u wilt kopiëren en laat dan de [Ctrl]-toets en muisknop los.
   
2. Kopiëren
   Ga nu naar de plaats waar u de kopie wilt plaatsen en sleep de muis heen en weer (als met penseelstreken) over het gebied waar u de kopie wilt plaatsen.

Stel dat u een monster neemt op punt A en dan begint te kopiëren op een punt precies 4 cm recht onder A, dan kopieert u een in feite een deel van de afbeelding 4 cm naar beneden.
Bij het kopiëren maakt u dan dus een kopie van de plek 4 cm hoger. De plaats waarvandaan u kopieert wordt aangegeven door een +-teken. Dit beweegt mee tijdens het kopiëren.

• Het kloon-stempel is heel geschikt als een soort alternatief gum. Stel bv. dat u een grasveld met enkele vogels fotografeert en daartussen ligt nog een bal in het gras. U kunt dan die bal wegretoucheren door er een stuk gras overheen te klonen.

• Het is mogelijk een monster te klonen naar een andere laag in dezelfde afbeelding of zelfs naar een andere geopende afbeelding. Beide afbeeldingen moeten wel zichtbaar zijn in het werkvenster van PhotoFiltre.

• Houd de [Shift]-toets ingedrukt tijdens het slepen voor exact horizontale of verticale 'penseelstreken'.

Straal

Het stempel is rond. Bij [Straal] geeft u de straal op in pixels.

Druk

Met het schuifje bij [Druk] kunt u kiezen voor volledig of gedeeltelijk kopëren. Met het schuifje helemaal naar rechts kopieert u totaal. Met het schuifje meer of minder naar links is de kopie min of meer transparant. U ziet de oude afbeedling nog door de kopie heen.

Vinkje voor [Vast]

Als er een vinkje staat voor [Vast] beweegt de plek waarvandaan u kopieert niet mee. U heeft in feite een geavanceerde penseel gemaakt met een afdruk van de plaats waar u het monster nam. Dat kunt u dan stempelen naar verschillende plaatsen.

[Precies]

Als u een vinkje voor [Precies] zet, is de kopie precies gelijk aan het origineel. Er wordt geen antialiasing toegepast om kartelige schuine lijntjes wat te verzachten. Laat u het vinkje weg, dan gebeurt dit wel.
In de praktijk is het verschil tussen wel of geen vinkje miniem.

Links, klonen in dezelfde afbeelding. Rechts klonen tussen twee afbeelidngen.

Het [patroon-stempel]-gereedschap            - vinkje voor [patroon]

Als een vinkje voor [Patroon] staat wordt het stempel gebruikt als patroon-stempel.

• Klik allereerst op het stempel in het gereedschap palet.
• Zet vervolgens een vinkje voor [Patroon]
• Nu wordt de map Patterns geopend, waaruit u een patroon kunt kiezen.
  Zie bij een patroon selecteren er geen venster verschijnt met de map Patterns.
  
• Klik op het gewenste patroon
• U kunt nu de muis over (delen van) de afbeelding slepen om het patroon op de afbeelding te 'schilderen'.

• Als u een vinkje bij 'vast' zet, verandert de cirkel-cursor in een vierkant.
  U kunt stempelen met het patroon. Elke keer als u klikt op de muis wordt het hele patroon 'gestempeld'

Gestempelde patronen

Een patroon selecteren

Als u al een patroon heeft geselecteerd, opent zich geen venster met de map Patterns.
Gebruikt u het stempel, dan stempelt u met het al eerder geselecteerde patroon.

U kunt op de volgende drie manieren een nieuw patroon kiezen:

1. Methode 1
   
   • Sluit PhotoFiltre af en open het daarna weer.
   • Open de afbeelding die u wilt bestempelen, klik op het stempel en dan op [Patroon].
     Nu moet de map Patterns zich openen.
     
2. Methode 2
   
   • Open de afbeeldingenverkenner (via het menu [Geerdschap > Afbeeldingenverkenner]
     of met de toetsen [Ctrl+E]. Onderin beeld verschijnt de afbeeldingsverkenner.
   • Klik hier op de knop  [Verkennen/Map met patronen]
   • Dubbelklik op het patroon dat u wilt selecteren.
     Beantwoord de vraag 'Wilt u een patroon defiëren voor deze afbeeldingen?' met [ja].
     (U kunt ook rechtsklikken op de afbeelding en dan kiezen voor [Actie > Patroon selecteren].
     
3. Methode 3
   
   • Kies het Menu [Bestand > Openen] of klik in de werkbalk op de knop
   • Zoek de map [PhotoFiltre] op en ga daar naar de submap [Patterns]
     
   • Open het patroon dat u wilt gebuiken.
   • Klik in het menu op [Bewerken > Patroon selecteren] op het geopende bestand als patroon te selecteren.

• U kunt in feite elke afbeelding als patroon selecteren.
  Het hoeft geen afbeelding in de map [Patterns] te zijn.

Het [pipet]-gereedschap

Met de pipet kan een kleur uit een geopende afbeelding worden gekozen als voor- of achtergrondkleur.

• Klik met de linker muisknop op een punt van de afbeelding, om de aangewezen kleur toe te wijzen aan de voorgrondkleur,
  of
• Klik met de rechter muisknop op een punt van de afbeelding, om de aangewezen kleur toe te wijzen aan de achtergrondkleur.

• Om het pipet te gebruiken terwijl u met een ander tekengereedschap werkt, houdt u de [Ctrl]-toets ingedrukt. De cursor verandert dan in een pipetje.
  Selecteer de gewenste kleur en laat dan de [Ctrl]-toets los.
  U kunt weer verder tekenen met de nieuwe voor- of achtergrondkleur.

Het [Rol]-gereedschap

Het [Rol]-gereedschap dient om het zichtbare deel van de afbeelding te verplaatsen als de hele afbeelding niet in het venster past, bijvoorbeeld omdat de afbeelding te groot is of omdat is ingezoomd.
Met het [Rol]-gereedschaf kan de afbeelding in elke richting worden verschoven, niet alleen horizontaal en vertikaal zoals met de Windows schuifbalken.

Het gereedschap wordt vaak gebruikt bij tekenen of retoucheren, omdat dan vaak is ingezoomd om nauwkeurig te kunnen werken.

---