23. De verkenner van Photofiltre

Overzicht

De afbeeldingenverkenner toont miniaturen van de afbeeldingen in een map. Het is een handig middel om snel een afbeelding te zoeken en te openen.
Handig is ook dat PhotoFiltre de speciale mappen met selecties, patronen en maskers, met één klik in beeld kan brengen.

U opent of sluit de afbeeldingenverkenner op één van de volgende manieren:

• Via het menu [Gereedschappen > Afbeelding-verkenner]
• of door te klikken op de knop   [Afbeelding-verkenner] op de werkbalk.
• of met de sneltoets [Ctrl + E]

Het verkennervenster opent altijd onderin het werkgeboed van PhotoFiltre. De miniaturen kunnen worden getoond op één of twee regels:

1 regel:      
2 regels:     

De knoppen van de verkenner

Aan de linkerkant van het verkennervenster bevindt zich een werkbalk met de volgende knoppen:

Deze toetsen hebben de volgende betekenis:

1. De knop [Verkennen / een map]
   Als u op deze knop klikt, opent PhotoFiltre het dialoogvenster [Map selecteren].
   Kies hier de map waarvan u de afbeeldingen wilt zien.
2. De knop [Verkennen / Huidige map]
   Klik op deze knop om de map met de geopende afbeelding te verkennen.
   Zijn er meer afbeeldingen geopend, dan opent PhotoFiltre de map van de actieve afbeelding (de afbeelding die bewerkt wordt).
   Zijn er geen afbeeldingen geopend, dan is deze knop niet beschikbeer.
3. De knop [Verkennen / Map voor openen]
   Klik op deze knop om de 'Map voor openen' te verkennen. Welke map dat is staat ingesteld bij de voorkeuren.
4. De knop [Verkennen / Map voor opslaan]
   Klik op deze knop om de 'Map voor opslaan' te verkennen.
   Welke map dat is staat ingesteld bij de voorkeuren.
5. De knop  [Verkennen / Map met selecties]
   Klik op deze knop om de map 'Selections' te verkennen. In deze map bevinden zich selectievormen.
   Als deze map niet bestaat is de knop niet beschikbaar.
   (Houd de Ctrl-toets ingedrukt bij het klikken om submappen van deze map te openen)
   
6. De knop  [Verkennen / Map met maskers]
   Klik op deze knop om de map 'Masks' te verkennen, die PhotoFiltre gebruikt voor de module PhotoMasque. Als deze map niet bestaat is de knop niet beschikbaar.
   (Houd de Ctrl-toets ingedrukt bij het klikken om submappen van deze map te openen)
7. De knop  [Verkennen / Map met patronen]
   Klik op deze knop om de map 'Patterns' te verkennen, die PhotoFiltre o.a. gebruikt voor het vulgereedschap. Als deze map niet bestaat is de knop niet beschikbaar.
   (Houd de Ctrl-toets ingedrukt bij het klikken om submappen van deze map te openen)
8. De knop [Opties]
   Onder deze knop zit een context-menu met de volgende acties:
• [Verkennen]
  Verkend kunnen worden de mappen met de hierboven genoemde knoppen 1..7 en de map Textures (zonder knop).  Deze laatste map wordt wat wonderlijk 'Weefsel vouwblad genoemd'.
• [Afbeelding]
  Deze keuzemogelijkheid is alleen beschikbaar als een afbeeldingsminiatuur de focus heet.
  De volgende acties zijn beschikbaar: afbeelding hernoemen, verplaatsen, kopiëren, verwijderen.
• [Actie]
  Deze keuzemogelijkheid is alleen beschikbaar als een afbeeldingsminiatuur de focus heet.
  De beschikbare acties zijn afhankelijk van welk soort afbeelding de focus heeft:
• Elk type bestand: open als nieuwe afbeelding, open als laag, open met standaardprogramma
• Selecties: Deze selectievorm laden   1)
  
• Maskers: PhotoMasque laden met dit masker 1)
  
• Patronen: Patroon selecteren 1)
• Texture: Gebruik als weefsel 1)
  
  1) Deze acties zijn alleen actief als een afbeelding actief is met 16 miljoen kleuren en een selectie actief is, dan wel eenn masker, patroon of texture is geselecteerd.
• [Vernieuwen]
  De verkenner scant opnieuw de actieve map en zet de miniaturen in beeld.
  Dit is nodig als intussen de betreffende map gewijzigd is.
• [Eigenschappen afbeelding]
  Geeft een venstertje met de eigenschappen van de geselecteerde afbeelding, zoals bestandsnaam en -lokatie, pixelafmetingen, groote in bytes, datum en tijd waarop de afbeelding voor het laatst gewijzigd is, het aantal afbeeldingen in de geopende map.
• Als er geen miniatuur van een afbeelding is geselecteerd is deze optie niet beschikbaar.
• Als de afbeedling EXIF-gegevens, IPTC-gegevens of commentaar bevat, worden ze getoond in tabs.
  
• [Sorteren]
  Als deze optie is aangevinkt, worden de miniaturen gerangschikt op naam (a..z).
  Als de optie niet is aangevinkt, worden de miniaturen gesorteerd op datum.
• [Ook onderliggende mappen]
  Als deze optie is aangevinkt toont PhotoFiltre alle afbeeldingen uit de huidige map en de daaronder gelegen mappen.
  
• Let op: Dit kan betekenen dat er verschillende afbeelingen met dezelfde naam getoond worden. Gebruik [Eigenschappen afbeeldingen] om ze te onderscheiden.
• [Aangepast filter...]
  Gebruik deze optie om bepaalde bestandtypen te selecteren:
  *.b; *.jpg   laat alleen de bmp en jpg bestanden zien;
• Gebruik de actie [Vernieuwen] om de actie toe te passen op de huidige map.
• Het filter blijft van kracht tot u een ander filter instelt of PhotoFiltre afsluit.
• Standaard is het filter leeg, wat betekent dat alle afbeeldingen getoond worden.
  
• [Toon duimnagels in multilijn]
  Als deze functie is aangevinkt worden de miniaturen getoond over 2 regels, als de functie niet is aangevinkt worden de miniaturen getoond op 1 regel.
  (Zie de twee foto's  aan het begin van dit hoofdstuk).
  Als een afbeelding metadata bevat (EXIF, IPTC, commentaar, worden in de linker bovenhoek één of meer van de symbolen E (EXIF), I (IPTC) of C (commentaar) gezet.
  
• [Thumbnails verwijderen]
  Als u deze actie kiest worden alle miniaturen in de verkenner verwijderd. Hierdoor wordt intern geheugen vrij gemaakt, waardoor PhotoFiltre sneller werkt.
• De afbeeldingen zelf worden niet verwijderd.
• Als de map opnieuw wordt geopend, of als de actie [Vernieuwen] wordt gekozen, worden de miniaturen weer getoond.

Werken met de verkenner

Als u met de verkenner van PhotoFiltre een map opent, wordt de map gescand op aanwezige afbeeldingen. De  miniaturen van de gevonden afbeeldingen worden getoond. Dat kan afhankelijk van de snelheid van de computer en het aantal afbeeldingen in de map enige seconden duren.

• Gedurende die tijd regaeert de PhotoFiltre trager.
• Het scannen kan afgebroken worden met een druk op {Esc].
• Tijdens het scannen staat op de statusbalk het aantal gevonden afbeeldingen.
• PhotoFiltre kan maximaal 1000 miniaturen weergegevn.

Als een afbeelding metadata bevat, toont PhotoFiltre symbolen in de linkerbovenhoek:

• Het symbool geeft aan dat de afbeelding EXIF-gegevens bevat.
• Het symbool geeft aan dat de afbeelding IPTC-gegevens bevat.
• Het symbool geeft aan dat de afbeelding commentaar bevat.

Voorbeelden:
De linker afbeelding bevat alleen EXIF gegevens, de rechter afbeelding EXIF-gegevens, IPTC-gegevens en commentaar.
In de beide figuren helemaal aan het begin van dit hoofdtuk staan twee afbeeldingen met EXIF-gegevens (de bestanden met de namen bijsnijden en bijsnijden...).

De standaard actie

De standaard actie is de actie die wordt ondernomen door te dubbelklikken op een miniatuur, of door op [Enter] te drukken als een miniatuur geselecteerd is.
De standaard actie hangt af van het soort bestand (afbeelding, selectievorm, masker, patroon) en de inhoud van de werkruimte:

Afbeeldingen

• PhotoFiltre opent de geselecteerde afbeelding.

Selecties (selectievormen)

• Als de werkruimte leeg is (geen geopende afbeelding) opent PhotoFiltre de geselecteerde selectievorm als afbeelding.
• Als de werkruimte een afbeelding bevat, laadt PhotoFiltre de geselecteerde selectievorm, activeert het selectiegereedschap en toont de selectie.
  (Zonodig wordt de selectievorm verkleind, zodat deze geheel past binnen de geopende afbeelding.)

Maskers

• Als de werkruimte leeg is, of als de werkruimte een afbeelding bevat die niet is geopend in de 16 miljoen-kleurenmode (RGB of RGBA) opent PhotoFiltre het geselecteerde masker als afbeelding.
• Als de werkruimte een afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus bevat, opent PhotoFiltre de module PhotoMasque en laadt het betreffende masker.

Patronen

• Als de werkruimte leeg is, of als de werkruimte een afbeelding bevat die niet is geopend in de 16 miljoen-kleurenmode (RGB of RGBA) opent PhotoFiltre het geselecteerde patroon als afbeelding.
• Als de werkruimte een afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus bevat,
  vraagt PhotoFiltre 'Wilt u een patroon definiëren voor deze afbeeldingen?', Ja of Nee.
  
• Als u op Nee klikt gebeurt er niets.
• Als u op Ja klikt maakt PhotoFiltre het geselecteerde patroon tot het standaardpatroon.
  Dat wordt bijvoorbeeld gebruikt bij het vulgereedschap, als het vakje [patroon] is aangevink.

Texturen (Weefsels)

• Als de werkruimte leeg is, of als de werkruimte een afbeelding bevat die niet is geopend in de 16 miljoen-kleurenmode (RGB of RGBA) opent PhotoFiltre de geselecteerde Texture als afbeelding.
• Als de werkruimte een afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus bevat, roept PhotoFiltre de module Textures aan opent de geselecteerde textuur.

Drag and Drop (slepen en neerzetten)

Wat er gebeurt als u een miniatuur naar de werkruimte sleept hangt af van het betreffende bestand en de positie waar u de muis loslaat (dropt).

Afbeeldingen

• Als u een miniatuur naar de werkruimte sleept terwijl er
  
  • geen afbeelding geopend is,
  • of als de geopende afbeelding niet in de 16 miljoen kleurenmodus staat (RGB of RGBA)
  • of als u het miniatuur naar een plek buiten de geopende afbeelding sleept,
  wordt de geselecteerde afbeelding geopend.
• Als u een miniatuur naar een geopende afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus sleept,
  wordt de geselecteerde afbeelding geplakt als nieuwe laag.

Selecties (selectievormen)

• Zonder afbeelding in de werkruimte,
  of als de selectievorm naar een plek buiten de geopende afbeelding wordt versleept,
  wordt de selectievorm geopend als afbeelding.
• Als de selectievorm naar een geopende afbeelding wordt gesleept
  laadt PhotoFiltre de geselecteerde selectievorm, activeert het selectiegereedschap en toont de selectie.
  (Zonodig wordt de selectievorm verkleind, zodat deze geheel past binnen de geopende afbeelding.)

Maskers

• Als u een miniatuur van een masker naar de werkruimte sleept terwijl er
  
  • geen afbeelding geopend is,
  • of als de geopende afbeelding niet in de 16 miljoen kleurenmodus staat (RGB of RGBA)
  • of als u het miniatuur naar een plek buiten de geopende afbeelding sleept,
  wordt de geselecteerde masker als  afbeelding geopend.
• Als u een miniatuur van een masker naar een geopende afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus sleept,
  opent PhotoFiltre de module PhotoMasque en laadt het betreffende masker.

Patronen

• Als u een miniatuur van een patroonnaar de werkruimte sleept terwijl er
  
  • geen afbeelding geopend is,
  • of als de geopende afbeelding niet in de 16 miljoen kleurenmodus staat (RGB of RGBA)
  • of als u het miniatuur naar een plek buiten de geopende afbeelding sleept,
  wordt het gesleecteerde patroon als  afbeelding geopend.
• Als u een miniatuur van een patroon naar een geopende afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus sleept,
  vraagt PhotoFiltre 'Wilt u een patroon definiëren voor deze afbeeldingen?', Ja of Nee.
  
• Als u op Nee klikt gebeurt er niets.
• Als u op Ja klikt maakt PhotoFiltre het geselecteerde patroon tot het standaardpatroon.
  Dat wordt bijvoorbeeld gebruikt bij het vulgereedschap, als het vakje [patroon] is aangevink.

Texturen (Weefsels)

• Als u een miniatuur van een Texture naar de werkruimte sleept terwijl er
  
  • geen afbeelding geopend is,
  • of als de geopende afbeelding niet in de 16 miljoen kleurenmodus staat (RGB of RGBA)
  • of als u het miniatuur naar een plek buiten de geopende afbeelding sleept,
  wordt de geselecteerde Texture als afbeelding geopend.
• Als u een miniatuur van een Texture naar een geopende afbeelding in de 16 miljoen kleurenmodus sleept,
  roept PhotoFiltre de module Textures aan opent de geselecteerde textuur.

---